• maatwerkspecialist
  • snel & professioneel contact
  • onbezorgd op reis
Snel contact
030 - 230 80 10

IJsland is nog één van de laatste ‘echte’ natuurbestemmingen. Door het klimaat en de samenstelling van de bodem is de natuur echter heel kwetsbaar. Wij vinden het belangrijk iedere reiziger te wijzen op zijn/haar verantwoordelijkheid ten opzichte van de natuur. Je kunt meehelpen door geen afval achter te laten en door niet van de bestaande wegen en/of paden af te wijken.

Flora

Tijdens de kolonisatie was ongeveer 20% van IJsland bebost. Het klimaat was in die tijd warmer en de gletsjers waren kleiner, hoewel de IJslandse gletsjers al een decennium lang versneld smelten. Het duurde ook niet lang voordat de Viking-kolonisten die naar IJsland kwamen, goed gebruik maakten van de middelen die ze in hun nieuwe thuisland ontdekten. Ze hadden veel hout nodig om hun huizen en boten te bouwen, en ook voor brandstof en het smelten van metaal lieten ze in de loop van de tijd IJsland de meeste van zijn bomen ontnemen. De namen met het woord Skógur (dit betekent bos) komen vaker voor op IJsland, wat aangeeft dat er bossen waren. Denk aan bijvoorbeeld Skógafoss (waterval in bos) en Vatnaskógur (meer in het bos). Toch heeft IJsland tegenwoordig bijna geen echte bossen meer, slechts 1% van het land is met bomen bedekt. Doordat het eiland bestaat uit zand- en grindwoestijnen, lavavelden, kale rotsen of gletsjers is niet meer dan een kwart van IJsland blijvend begroeid. Mossen komen wel vaak voor, de lavavelden zijn er meestal mee bedekt en ook op vochtige plaatsen tref je veel mos aan.

Nationale Parken

IJsland kent verschillende nationale parken, waaronder Thingvellir ten noordoosten van Reykjavík, Snæfellsjökull in het westen en Vatnajökull Nationaal Park in het oosten, dat onder meer de gletsjer Vatnajökull omvat. Daarnaast zijn er verschillende natuurreservaten, zoals Hornstrandir in het noordwestelijk deel van de Westfjorden en in de hooglanden, ten noorden van de Vatnajökull gletsjer, Herdubreidarlindir, Askja en Kverkfjöll. Het Askja-gebied kent een bizar landschap, waarin de Amerikaanse astronauten voor hun vertrek naar de maan geoefend hebben. In het binnenland van Zuid-IJsland ligt Thórsmörk ingeklemd tussen drie gletsjers. Thórsmörk is alleen te bereiken per 4-WD voertuig omdat gletsjerrivieren doorkruist moeten worden. Ditzelfde geldt voor Landmannalaugar met prachtige gekleurde ryoliet bergen en warme beek en Kerlingarfjöll, in een door ijs omgeven geothermisch gebied. Laki ligt wat oostelijker en na een tocht via een smal jeepspoor heb je schitterend zicht op de kraterrij van de spleetvulkaan Lakagígar, ontstaan in 1783.

Fauna

Op vogels na was IJsland een lastig te bereiken eiland voor veel dierensoorten. Het enige landzoogdier wat IJsland heeft weten te bereiken is de poolvos. Tip: wil je poolvossen in het wild spotten, dan is je beste kans in het Hornstrandir Nature reserve in de Westfjorden. Andere dieren zoals de nerts, rat, muis en het rendier zijn allemaal met opzet, of per ongeluk ingevoerd. De nerts werd bijvoorbeeld geïmporteerd vanwege zijn vacht. Omdat er veel ontsnapt zijn komen ze op grote schaal in het wild voor waar ze jagen op vis en vogel. De ratten en muizen zijn met de schepen meegekomen, ze leven vooral in bewoonde gebieden. Het rendier werd aan het eind van de 18de eeuw vanuit Noorwegen ingevoerd. Ze werden vooral gebruikt voor vleesconsumptie. Eind 19de eeuw werd een jachtverbod ingesteld. De laatste jaren is het aantal stabiel rond 3.000. Ze komen alleen in de hooglanden van de Oostfjorden voor. In de nabijheid van Egilsstadir kun je nog grote kuddes aantreffen. Reptielen, amfibieën en mieren komen op IJsland niet voor, ze hebben IJsland niet bereikt. Vliegen en muggen vormen de grootste en belangrijkste groep insecten op IJsland. Ze komen name voor in gebieden met boompjes, struiken, moerassen en meren. Ze zijn meestal alleen actief bij zacht en redelijk windstil weer. Wanneer het waait, houden ze zich schuil in de begroeiing. Weetje: wist je dat Mývatn ‘muggenmeer’ betekent? Wespen, bijen en vlinders vind je ook op IJsland.

IJslandse paarden

Het IJslandse paard, ook wel ‘de IJslander’ genoemd, wordt al meer dan 1000 jaar raszuiver gefokt. Het karakter van de IJslander is uniek! Ze zijn vriendelijk, krachtig, onverstoorbaar en gemakkelijk te hanteren, fijne rijpaarden dus. Over het algemeen is dit ras erg sociaal omdat ze vaak in kuddes worden gehouden. Niet alleen naar elkaar zijn ze sociaal, maar ook naar mensen. In tegenstelling tot de meeste paarden, die van nature de drie basisgangen kennen; stap, draf en galop, kan een IJslander zich in vier en soms vijf verschillende gangen voortbewegen. Deze extra gangen heten tölt (vergelijkbaar met snelwandelen) en telgang (wedstrijdgang). Het zijn natuurlijke gangen die veulens van enkele uren oud al tonen. Voor elke ruiter een bijzondere ervaring! De paarden waren vroeger onmisbaar en hebben hun rol door de eeuwen heen trouw vervuld. Ze werden gebruikt voor het vervoer van goederen en mensen, soms over grote afstanden en ruw terrein, terwijl wegen toendertijd ontbraken. Nog steeds is de IJslander een belangrijk onderdeel van de IJslandse cultuur, ze brengen mensen samen. Dit ras komt voor over de hele wereld, er zijn meer dan 250.000 IJslandse paarden geregistreerd, waarvan ongeveer 40% in IJsland. Ze hebben geweldige aanpassingsvaardigheden en doen het goed in de ijskoude klimaten van Groenland en Alaska, maar ook beneden in Australië en Nieuw-Zeeland. Ze zijn zelfs te vinden op Hawaï. IJslanders zijn er in alle kleuren, in alle mogelijke variaties en combinaties.

Walvissen

Deze zoogdieren geven de voorkeur aan de koudere wateren van het noordelijk en zuidelijk halfrond. Rondom IJsland komen 23 verschillende soorten walvisachtigen in de wateren voor. De meest voorkomende soorten zijn de dwergvinvis, de bultrug, blauwe vinvis, de gewone vinvis, de potvis, de bruinvis, de orka en de witsnuitdolfijn. Ze voeden zich voornamelijk met kleine vissen en ongewervelde zeedieren. Echter de orka bijvoorbeeld voedt zich met grotere dieren en vogels, zoals pinguïns en zeehonden. Van alle zoogdieren zijn walvisachtigen het meest verregaand aan het leven in het water aangepast. Ze communiceren met elkaar door middel van gezang. Het spotten van walvissen is echt een bijzondere ervaring! Hoewel walvissen het hele jaar door in de zeeën rond IJsland zwemmen, heb je de grootste spotkans tussen mei en september. De walvissen verschijnen ca. begin juni en gaan ca. eind augustus weer weg. Ze vertrekken dan om te paren en jongen te krijgen. Het spotten van orka’s kan het beste bij Grundarfjördur op het schiereiland Snaefellsnes. Er worden vanuit deze plaats excursies aangeboden speciaal om orka’s te spotten. Orka’s komen voornamelijk van januari tot maart naar deze kant van IJsland om zich te voeden met haring. In IJsland komt zeer veel vis voor in de schone en heldere wateren. Denk hierbij o.a. aan zalm, forel, paling, kabeljauw en platvis. Aan de zuid- en westkust van IJsland kun je zeehonden tegenkomen, meestal op rotskusten en bij zeekliffen of zandbanken.

Vogels

IJsland heeft tot op heden ongeveer 330 vogelsoorten geregistreerd. Hiervan hebben ca. 85 genesteld of een poging tot nestelen gedaan, en ca. 12 zijn gewone doorgangsmigranten of winterbezoekers. De rest zijn toevallige bezoekers. Tijdens de zomermaanden kun je op IJsland veel vogels vinden, komend uit de poolstreken en Amerika. Meest voorkomend zijn de zee-, water- en waadvogels, die vooral langs de kust voorkomen. Langs de kust vind je met name zeekoeten, drieteenmeeuwen, noordse stormvogels, jan-van-genten kolonies en uiteraard het symbool van de Westman Eilanden (Vestmannaeyjar); de papegaaiduiker. Wil je meer weten over de papegaaiduiker, ook wel ‘clowns van de zee’ genoemd, lees onze blog Puffin Special. In het binnenland heb je meer kans op het zien van de IJslandse brilduiker, harlekijneend, eidereend, wilde zwaan en allerlei steltlopers. Het aantal vogelsoorten op IJsland is klein, maar je vindt van bepaalde soorten vogels soms zeer grote aantallen. IJsland biedt een bloeiend vogelleven! Een goede vogelgids en verrekijker is onmisbaar. Er is op IJsland voldoende vis en daarbij bieden de kliffen, meren, moerassen en rivieren ideale broedplaatsen. De zeevogels die in kolonies broeden zijn talrijk, denk aan de jan-van-genten kolonies. Op IJsland zijn er verschillende plekken waar bepaalde (of meerdere) vogelsoorten voorkomen. Denk bijvoorbeeld aan de klif Latrabjarg (het meest westelijke puntje van IJsland) of het meer van Myvatn. In het westen van het land vind je de zeearend, ook wel de vliegende deur genoemd vanwege de grote spanwijdte. Buiten zijn enorme spanwijdte is hij herkenbaar aan zijn grote gele snavel, de diep gevingerde vleugels en zijn witte staart. Het voedsel van de zeearend bestaat uit vis, (water)vogels, kleine zoogdieren, aas en voedsel dat ze roven van andere roofvogels. Door de koele zomers en het nagenoeg ontbreken van bossen op IJsland zijn de omstandigheden voor zangvogels erg ongunstig. Het aantal zangvogels is dan ook laag. Algemeen voorkomende zangvogels op IJsland zijn o.a. de koperwiek, de merel, de kramsvogel, de winterkoning, de sneeuwgors, de bramsijs en de spreeuw. Andere insecteneters die weleens gezien worden zijn de giervalk en in de zomer de zwaluw. Ook de kraaiachtigen vind je op IJsland; de raaf, roek, bonte kraai en kauw.

100% op maat

een reis speciaal voor jou samengesteld

Ons team gaat graag aan de slag met het regelen van jouw ultieme reis op maat! Geef je wensen door en je ontvangt snel een vrijblijvend voorstel voor jouw droomreis!

Het team van IJsland Tours staat voor je klaar om jouw droomreis te realiseren.

Stel jouw reis op maat samen
Expert in maatwerk voor jouw droomreis | IJsland Tours